Description
Cultuur en wetenschap, cultuur/wetenschap, cultuurwetenschap. De invalshoek om als filosoof aan de twee culturen-discussie te raken, nadat de cultuursocioloog heeft gesproken, is die van een comparatieve epistemologie. Maar zo'n comparatieve epistemologie moet goeddeels nog worden geschreven. De noties die zich daartoe aanbieden zijn die van 'sterk belichaamde betekenis' en 'contaminatie'. Sterk belichaamde betekenissen zoals die in literatuur, kunst, ritueel, religie aanwezig zijn, zijn in hoge mate contamineerbaar. De vraag is in hoeverre dergelijke noties ook vanuit epistemologische hoek kunnen worden bekeken, of zij een rol kunnen spelen in een karakterisering van (cultuur)wetenschap, en welke problemen zich daarbij voordoen. Wat heeft belichaming te maken met stijlen van denken en spreken, en met interne en externe gezichtspunten? Hoe zijn deze aanwezig in wetenschap, in kunst, in literatuur, in ritueel en religie? En kunnen de humanities na de verzanding van hun laatste grootse theoretische ideaal enkel nog terugvallen op slogans, postmodern of anderszins neo-ideologisch? Of is het ogenblik gekomen om aan te knopen bij een monografische stijl van particulariserende reconstructie - een traditie, gecontamineerd en gedecontamineerd door de divergente ervaringen van de voorbije eeuw?